Logo DRK
foto

Vrijmetselarij

Vrijheid, gelijkheid, broederlijkheid

Fundamentele doelstellingen van de vrijmetselarij

De drie basiswaarden van de Franse Revolutie zijn niet toevallig ook de drie basiswaarden in de vrijmetselarij. Een werkplaats wil een omgeving scheppen waarin een machtsvrije ruimte ontstaat zodat mensen diepgaand van gedachten kunnen wisselen over alle mogelijke onderwerpen. Wie binnenkomt in de tempel wordt -ook ritueel- aangespoord om wereldse verschillen in status en opleiding achter zich te laten. We willen in de tempel met iedereen op voet van gelijkheid en in volle vrijheid van gedachten wisselen. De rituelen reiken een vormentaal aan om dit mogelijk te maken.

Gelijkheid

We koesteren de gelijkheid tussen al wie binnen de tempel is als een voorwaarde om de grootst mogelijke vrijheid van spreken te garanderen aan iedereen die het woord neemt. We nemen dus ook soms onzin voor lief. Het lijkt een voorwaarde om van mening te kunnen verschillen. We zoeken de stijlverschillen ook op. We geloven immers in een diversiteit van stijlen en in een diep respect voor allerlei verschillen tussen mensen. Tenminste voor zover men de vrijheid én de gelijkheid van mensen, zoals in diverse mensenrechtenverklaringen geformuleerd, mee als uitgangspunt wil hanteren. Wie dogma’s hanteert of sommige opvattingen uit principe niet wil onderzoeken, kan niet functioneren in een vrijmetselaarswerkplaats. Natuurlijk onderzoeken we niet telkens opnieuw al onze opvattingen. Maar als we ertoe uitgedaagd worden, moeten we en willen we ook meegaan in een zoektocht met een open einde.

Vrijheid

We geloven dus niet in niets. Wie niet gelooft in de mogelijkheid en de zinvolheid om alles in principe in vraag te stellen, kan ons spel niet meespelen. We zijn dus niet tegen religie op zich. Wel tegen een religie of een andere vorm van denken waarin gedogmatiseerde waarheden zich principieel immuniseren tegen kritiek. We verzetten ons tegen een denken en een houding die principieel sommige delen of aspecten van de wereld voor kritische vraagstelling wil afsluiten. We geloven in de waarde van een vragende houding. Dat vragen kan vele vormen aannemen en het hoeft ook niet rationeel te zijn. Het kan ook meer expressieve vormen aannemen. De formele gelijkheid tussen alle zusters en broeders is een voorwaarde om die vrijheid van expressie, van onderzoek in de brede zin van het woord, te proberen te realiseren in de tempel. Die vrijheid is een voorwaarde om zinvol bezig te kunnen zijn – hoe verschillend we die zin ook mogen invullen.

Elitair

In de feiten waren én zijn vrijmetselaarsloges vandaag grotendeels elitair. Voor sommigen onder ons staat dit haaks op wat we willen zijn. Voor anderen vormt dat geen probleem. Ook daarin verschillen we dus van mening. We lachen ook regelmatig eens met ons zelf, met het elitaire gehalte van ons clubje, met de tegenstelling tussen onze basiswaarden en de sociologische realiteit van de samenstelling van quasi alle loges in België. We lopen het risico onszelf veel te serieus te nemen. Humor staat niet toevallig in de stichtingsverklaring van de Ruwe Kassei.

Broederlijkheid

De broederlijkheid is de minst bekende maar wel de meest opvallende, meest intens beleefde waarde binnen de tempel. Die broederlijkheid heeft vele aspecten die ook al van zuster tot broeder kunnen verschillen. Werkplaatsen zijn kleine gemeenschappen van gelijkgezinde mensen die geen vrienden van elkaar hoeven te zijn maar het vaak wel zijn of worden omdat we een wezenlijke basishouding delen. Hoewel sommigen veel meer rationeel zijn, zijn anderen dat veel minder. Sommigen hechten juist grote waarde aan creatief bezig zijn. Anderen leven dan weer grotendeels vanuit een buikgevoel. Maar we herkennen in elkaar een zekere basishouding –vragend en betrokken in de wereld staan vanuit het geloof dat wij met elkaar een betere wereld kunnen maken. Een gave én een verschrikkelijk moeilijke opgave waarbij we onszelf ook blijvend willen kunnen relativeren.

Qua professionele achtergrond zijn er grote verschillen tussen de zusters en broeders. Het vormt één van dé centrale aantrekkingspunten –het ontmoeten onder voorwaarden van gelijkheid van vrij denkende mensen die, hoewel ze formeel dezelfde basishouding delen, toch vaak van mening met elkaar verschillen.

We beoefenen in de tempel en in de activiteiten er rond de kunst van de welwillendheid tegenover elkaar. Het gaat om een diep gevoelde verwantschap, samen zoeken, samen delen van een vragende houding, samen praten en soms gewoon samen onnozel doen. We leven vanuit een ervaren verwantschap vaak diep met elkaar mee. Met familie voelen we ons verbonden door het leven dat we samen delen –met het web van relaties die de levens binnen een familie met mekaar verbinden– al of niet ‘gestuurd’ of ‘geholpen’ door onze genen.

Solidariteit stoelt op het besef dat wat de ander aan onheil overkomt ook mij kan overkomen. Tegen dat onheil wil ik zowel die ander als mezelf beschermen. Dat besef, in een gedeelde wereld te leven waarin niet alles peis en vree is maar waartegen we samen iets kunnen proberen ondernemen, stoelt in het geval van klassieke solidariteit vooral op het vermijden van onheil. De broederschap in de vrijmetselarij steunt op een ervaren verwantschap, een gedeelde zoekende houding en gedeelde waarden van waaruit men zijn leven en de wereld wil tegemoet treden. Het gaat niet alleen om bescherming tegen mogelijke calamiteiten maar vooral om het samen vorm geven aan enkele beginselen van waaruit we ons leven en onze wereld -in concrete zin en vanuit een concreet ervaren verantwoordelijkheid- zin en inhoud willen geven. Het is de mooie, misschien wel de mooiste kant van de vrijmetselarij die men kan ervaren.

De broederlijkheid heeft evenwel ook een slechte reputatie. De geheimzinnigdoenerij rondom de vrijmetselarij –we zijn inderdaad soms zeer, soms al te menselijk– leidt ertoe dat veel buitenstaanders denken dat we er op de eerste plaats zijn om elkaar allerlei hand- en spandiensten te verlenen, grote coalities en samenzweringen op te zetten. Laat ons daarover eerlijk zijn. Het is ongetwijfeld wel eens gebeurd dat binnen een werkplaats iemand werd of wordt geholpen of dat de loge een context was/is waarin iets kon of kan worden besproken dat elders wat moeilijker zou verlopen. Maar laat ons vooral de schaal of de impact daarvan niet overdrijven. De top van liberale en socialistische partijen hebben de loge niet nodig om met elkaar te praten. Er zal inderdaad wel eens in een werkplaats of tussen zusters of broeders worden gepraat, net zoals in die andere loges van RSC Anderlecht of AA Gent mensen elkaar ook ontmoeten.

Het is wat de vrijmetselarij betreft zelfs zeer goed te begrijpen. Voor nogal wat (maar ook weer niet voor alle) vrijmetselaars maakt de vrijmetselarij een wezenlijk aspect van hun bestaan uit. Een andere vrijmetselaar is iemand met wie je vaak een grote verwantschap voelt. Je zal gemakkelijk de neiging voelen ook buiten de tempel die persoon welwillend tegemoet te treden. Vrijmetselaars kennen elkaar evenwel niet allemaal persoonlijk. En hoewel er een zekere initiële welwillendheid is, zien we elkaar zeker niet allemaal even graag –we zijn en blijven gewoon mensen. De werkplaats heeft ook niet tot doel om elkaar die hand- en spandiensten te verlenen. We willen dat zelfs uitdrukkelijk niet.

Maar in de ogen van een buitenstaander zal de waas van geheimzinnigheid er wel voor blijven zorgen dat die mythe zichzelf blijft voeden. We hebben dat als loges ook in de eerste plaats aan onszelf te wijten. We cultiveren soms al te graag die geheimzinnigheid. We zouden op de eerste plaats in de wereld en in de werkplaatsen de voortdurende opgave van de broederlijkheid moeten beoefenen.


Lees de Privacy Policy en de disclaimer van De Ruwe Kassei.
Copyright © 2006-2007 De Ruwe Kassei.